Tijd voor inspiratie deel 3 Allereerst excuus dat het zo lang duurde voordat ik een blog schreef. Inmiddels is het long over due en de regelmaat van iedere maand een blog is ruw onderbroken geweest. Ik had het stomweg te druk. In de eerste twee delen besprak ik Jozef van den Berg en de Dogtroep. Het is ook niet meer dan logisch om van mijn kindertijd, jongelingentijd, naar mijn adolescentie te gaan a.k.a. mijn studententijd. Daarom neem ik jullie mee naar Leeuwarden en de opleiding tot theaterdocent aan de NHL. Een onderdeel van deze opleiding is het kijken van toneelvoorstellingen en hier in het kader van bijvoorbeeld theaterbeschouwing (dramaturgie), maar ook dansbeschouwing, een verslag van te maken. In die tijd zat ik gemiddeld om de week in het theater. Er lag een verbod op musicals en cabaret; alleen toneel of dans mocht gebruikt worden. Als je om de week in het theater zit, en het theater een divers aanbod heeft, dan zie je veel verschillende voorstellingen. Soms moest ik uitwijken naar een ander theater (bijv het Grande in Groningen), maar over all had de stadsschouwburg in Leeuwarden een heel breed aanbod wat hier mooi op aansloot. Stel je even voor: een stadsschouwburg waar je om de week naar een toneelvoorstelling of abstracte dansvoorstelling kon. Je zat daar dan gewoon in je studentenkloffie met je klasgenoten toneel te kijken. De schouwburg als verlengde van de huiskamer/buurtcafé waar je altijd wel iemand van de opleiding tegen kwam. Waar je met hetzelfde gemak de weg kende voor als achter de coulissen. Samen met andere medestudenten besprak je de voorstelling na met een goed kop koffie of biertje en kalkte je bevindingen op een bierviltje om later uit te werken. En soms kletste je even na met de acteurs zelf. Dan waren er wat 1ste jaars aan het paffen met Halina Reijn en dronken wij een pilsje met een andere acteur na een Othello of een Ajax. Dat waren andere tijden. Natuurlijk kan ik geen keuze maken en maar één voorstelling kiezen die indruk maakte. Er zijn een aantal voorstellingen die ik met je wil delen om verschillende redenen. Ze zijn Arturo UI van het NNT, Bambie 8 van mimegroep Bambie, Corneliu Ganea - Pockets of Gallili dans, Parrets and Guinee pigs van Jan Fabre of vuur in de sneeuw van Oostpool. Arturo UI van Brecht uitgevoerd door het NNT De kritische boodschap van de theatermaker De tijd dat toneel nog lekker geëngageerd mocht zijn zonder dat het over de top werd. Het NNT speelde in ieder geval toen nog klassiek Episch theater onder artistieke leiding van Koos Terpstra. Episch als in grotesk, lord of the rings? Nee! “Episch theater is verhalend theater en wordt ook wel het theater van de vervreemding of politiek theater genoemd. De opkomst van het episch theater is gedateerd in het begin van de 20e eeuw en is sterk verbonden met de Duitse theatermaker Bertolt Brecht.” - Wikipedia. Dit betekent dat er gebruik gemaakt wordt van vervreemdingseffecten; theatrale middelen/signalen om te voorkomen dat het publiek te veel gaat meeleven met de personages en het pure verhaal en daarmee de maatschappelijke boodschap uit het oog verliest. Alsof je tijdens de voorstelling telkens even wakker gemaakt wordt. Arturo Ui of voluit ‘de weerstaanbare opkomst van Arturo UI’, gaat over de opkomst van Adolf Hitler. Het verhaal volgt Arturo UI als een lompe en stuntelige gangster uit Chicago die door gewetenloze kapitalisten wordt gebruikt als politiek marionet. En zich uiteindelijk ontpopt tot gewetenloze tiran die er niet voor terugdeinst om een aantal van dezelfde ‘mecenassen’ die hem in het zadel hebben geholpen, om te leggen. Een beeld dat me nog bijstaat, is dat van acteur Waldemar Torenstra die in het pak van een Chicago gangster met gleufhoed, maar ook met clownschmink op, de ene na de andere tegenstander omlegde. Telkens hoorde je de knal gevolgd door het geluid van een brede volle clownslach: “moeohohaha”. In de koppeling naar impro zou je kunnen experimenteren met het spelen met een duidelijke premisse over wereldbeeld. Ten aanzien van impro-acteren kan het toevoegen van vervreemdingsmiddelen je helpen om een tekstrijke scene wat tegen te kleuren. Bijvoorbeeld door in een scene met waarachtig spel de personages een onwaarachtig element te geven, bijvoorbeeld een feestneus. Je moet dan wel de speelstijl goed bewaken en je niet laten verleiden grappig te willen spelen. Bambie 8 van mimegroep Bambie Emotie en beweging als middel om het verhaal te vertellen Bambie oo Bambie, het magische Bambie. Bambie maakt mime voorstellingen, soms met tekst, maar meestal niet. De voorstellingen werden (tegenwoordig mag ik weer zeggen ‘worden’ want ze zijn weer terug!) gemaakt en gespeeld door Paul van der Laan en Jochem Stavenuiter. De eerste voorstelling die ik van hen zag was Bambie 8. Ik zag een klein keukentje op een klein podium (het Lieve Vrouwentheater in Amersfoort). Ik zag Jochem als een spin over en langs de keukenkastjes kruipen. Omdat er weinig tot geen tekst bij gebruikt wordt, is het lastig om een verhaal te reproduceren, maar dat is ook niet wat een Bambie voorstelling aanraakt. Het laat zich het best omschrijven als: ‘voelen is begrijpen’. Net als dat een danseres die de rauwe rouw om iemand die haar ontvallen is van zich afdanst meer binnen komt dan een speech met mooie woorden. Hoe emotie zich kan imploderen in een verwrongen lichaam en zonder woordelijke toelichting kraakhelder met de toeschouwer communiceert. Waar Episch theater wil aanzetten tot afstand en cognitieve beschouwing, trekt, nee, rukt een goede mimevoorstelling je mee in de rauwe emotionele belevingswereld van de personages. Als toeschouwer wordt je gelokt om met hen mee te kronkelen. Wat Bambie zo uitzonderlijk maakt, is dat ze dit op een buitengewoon luchtige en komische wijze weten te brengen. Eigenlijk zijn Paul en Jochem je ideale leidende danspartners. Geen theaterprogrammering is serieus te nemen zonder ten minste één mimevoorstelling en bij voorkeur van deze twee grootmeesters. Van Jochem heb ik trouwens ooit les mogen hebben en dat was echt vet! Het blijft mij trekken, omdat de combi van beweging en visuele prikkels een onlosmakelijk onderdeel zijn van mijn stijl van communiceren. Mijn vrouw kan met iemand in gesprek zijn zonder naar die persoon te kijken, voor mij is dat echt ondenkbaar. Mijn handen en mijn lijf zijn niet alleen een ondersteuningsmiddel, maar een onlosmakelijk deel van het verhaal dat ik wil vertellen. Ik luister ook maar voor een deel met mijn oren en de rest met mijn ogen. Hoe verrukkelijk was het toen ik op een gegeven moment mijn stem kwijt was en mijn vrouw mij moest zien om te kunnen achterhalen wat ik wilde zeggen. Ten aanzien van impro kan het inspireren tot het loslaten van het linguïstische verhaal en volledig de emotie in te duiken met volle spiercontracties. Galili dans De schoonheid van abstracte dans Hier had ook dans van Pina Bausch of Krisztina de Châtel kunnen staan. Tijdens mijn opleiding heb ik een aantal dans voorstellingen van Itzik Galili gezien. Van dansen over piano’s tot dansen met gestreepte lichtelementen. Mijn geheugen schiet me hierbij toch weer wat tekort merk ik. Het belang van het bekijken van abstracte voorstellingen überhaupt, maar zeker abstracte dans voorstellingen anders dan het NDT of Scapino ballet, zit ‘m er in dat je je traint om deze geabstraheerde voorstellingen te concretiseren. Door deze transfer te maken ben ik creatiever geworden. Het leert je te communiceren op een andere dan puur talige wijze met veel aandacht voor de schoonheid van de beweging en de techniek van de dans. Parrets and Guinee pigs van Jan Fabre Shock and awe zoek de gekte op Jan Fabre shockeerde zelfs mijn klasgenoten met zijn voorstelling Parrets and Guinee pigs. Zonder tekst met slechts beeld en beweging (dans). Ik zie acteurs/dansers in grote wollige kuikenpakken met supergrote maskers op komen gevolgd door naakte dansers en danseressen met papieren zakken over hun hoofd. Tijdens de voorstelling veranderen de dansers van mens naar dier en visa versa. Ze dansen en copuleren met elkaar waarna de dansers vleespinnen in de kuikenmaskers steken. Op de achtergrond zie ik een film over een slachterij. Hier kan je een youtube filmpje zien. Net als de voorstelling Arturo UI probeert Jan Fabre de kijker aan het denken te zetten, alleen is zijn middel daar veel bruter en lomper voor. Het geeft weerstand omdat het zo dwingend is en onzedelijk. Het roept de vraag op: ”wil ik mijn overtuigingen wel laten beïnvloeden op deze wijze”? Zijn werk op deze inhoudelijke wijze beschouwen doet het dan ook geen recht. Interessanter is om het werk als vorm te beschouwen om zijn schoonheid. Het is een beetje de fysieke acteerstijl van Grotowski welke het acteer en danswerk heel intens maken. Deze acteerstijl wordt gegoten in de vorm van the living theatre , dat zoekt naar de grenzen van vrije expressie. Op school oefenden we met het repeteren van beweging en tekst om tot intenser emotioneel spel te geraken. Dit pasten we toe in een soort theater van de waanzin waarin je iets van menselijk gedrag waar je kritiek op heb als performer omzet tot een handeling. Deze handeling maak je steeds extremer, je zoekt de gekte op en verlegt je persoonlijke grenzen. Voor impro inspireert Jan Fabre je om de gekte op te zoeken en decorum te laten vallen om zo een puurder, transparanter en rauwer acteur en of theatermaker te worden. Vuur in de sneeuw van Sam Shepard uitgevoerd door theatergroep Oostpool Daar is Swiebertje of toch niet? Ik zit in de wat toen nog grote zaal van Orpheus heette. Voor mij op het podium staat een enorme steiger van drie verdiepingen. Met op iedere verdieping elementen van een huiskamer. Rond mij zitten nog 14 andere mensen. De zaal is zo goed als leeg. Deze voorstelling had super goede recensies en was bij ons in Leeuwarden en omgeving uitverkocht, hoe kan dit?! Ik voelde een gevoel van gêne in me opkomen voor de stad waar ik geboren was. Wat moesten de acteurs wel niet denken? Nu ik er later op terug kijk ben ik stiekem ook wel trots op de programmeur van toen. Tegen alle regels in heeft hij of zij een voorstelling geprogrammeerd waar in Apeldoorn geen markt voor is. Maar de voorstelling is er toch. Het heeft iets hoopvols iets, anti defaitistisch. Ik wist wat komen ging, op school hadden we het hele script geanalyseerd en gesegmenteerd. Segmenteren is het verdelen van een verhaal in compacte bij elkaar horende delen (segmenten). Het verhaal gaat over een man die zijn vrouw bijna dood heeft geslagen, maar er achter komt dat ze nog leeft. Zijn broertje gaat naar haar op zoek om hem namens zijn familie excuses te maken. Hij vindt haar terwijl ze aan het revalideren is bij haar ouders in Montana. Het is een rauwe familietragedie die de Amerikaanse familie waarden in een inktzwart daglicht stelt. Op het podium zie ik John Buysman (toen nog vooral bekend als de kinderlijke dr Doolittle uit de Loonatics) achterover geleund in een grote Amerikaanse fauteuil hangen. Zijn mondhoeken hangen naar beneden, zijn bewegingspatroon is langzaam en krachtig. Hij is een stugge Amerikaanse vader wiens gezin uit elkaar valt, maar wie het belangrijker vind dat de vlag correct opgevouwen wordt dan dat hij de ellende onder ogen komst. De lompe boer op het podium lijkt op geen enkele wijze meer op het schichtige naïeve personage uit de kinderserie. Aan hem en de andere acteurs is niet te merken dat ze voor maar 15 man publiek spelen. De inspiratie hierin is tweeledig. Enerzijds een oproep als kijker om juist naar toneelvoorstellingen te gaan en vooraf het script te lezen. Als impro acteur wordt er soms een appèl op je gedaan om hetzelfde personage of trucje te doen. Maar als je je focust en de juiste acteermiddelen gebruikt dan kan je prima breken met dit Swiebertje effect. Maar dan moet je wel aan de gang met acteertechnieken. Dat betekent soms scenes spelen die qua verhaal al zijn dichtgetimmerd, zodat jij vooral kan oefenen met je acteertechnieken. Benieuwd hoe? Maandagavond 14 Januari 2019 start er weer een nieuwe cursus impro acteren. Geef je hier op voor een vrijblijvende proefles!
0 Opmerkingen
|
Details
FulcoFulco is theaterdocent en impro speler Archives
Mei 2024
Categories |