Update! De datum staat vast op 13 Oktober 2017 in Startup Apeldoorn aan de John F Kennedylaan 2 in Apeldoorn. Van 09:45 t/m 12:00uur. En er is Nog 1 plek beschikbaar!!
Help, ik moet een theatersportles of improles verzorgen!! Deze gratis train de trainer workshop is speciaal voor spelers die zelfstandig een improles willen begeleiden. Veel groepen kunnen niet iedere week een trainer betalen en moeten met regelmaat zichzelf lesgeven. In deze workshop leer je hoe. We behandelen de volgende onderdelen:
Locatie: Startup Apeldoorn John F. Kennedylaan 2 te Apeldoorn Datum en tijd? Gaan we samen plannen Deelnemers: maximaal zes dus wees er snel bij want vol is vol! Benodigdheden: je eigen laptop Opgeven kan hier http://www.improschoolapeldoorn.nl/aanmelden.html Maar Fulco waarom gratis? Tuurlijk, ik wil ook alleen werken met mensen die eerlijk hun ambities en wensen delen dus dat doe ik ook graag naar jou toe. De catch is dat je daarna het aanbod krijgt om 1op1 coachingsessies te kopen waarin je, je skills kan aanscherpen. Daarnaast wil ik heel graag mijn visie op improles geven met je delen. En vind ik het van belang dat je dat hier in de regio kan ontwikkelen.
5 Opmerkingen
Geen N.I.V.E.A. maar V.I.V.E.A “Je bent wel erg aan het invullen voor de ander!” is veel gehoorde feedback in trainingen voor zorgprofessionals. Ook in andere vakgebieden is het maken van aannames of ‘voelen voor een ander’ uit den boze. En het uitspreken hiervan al helemaal. En terecht, het beschadigt de relatie en komt snel over als betuttelend, belerend, overbezorgd, bemoeiziek, overgevoelig of oververantwoordelijk (om even enkele valkuilen te duiden). Daarom geldt de regel N.I.V.E.A ofwel; Niet Invullen Voor Een Ander. In improvisatietheater werkt het andersom. Het helpt het verhaal vooruit door hardop uit te spreken wat je aan je tegenspeler ziet en hoe hij zich ten opzichte van jou verhoudt. Door dit te benoemen en daarmee te bepalen, kleur je het personage van je tegenspeler in. Door juist wel openlijk in te vullen voor een ander, draag je efficiënter het verhaal over aan je publiek. En door dit niet voor jezelf, maar juist voor de ander te doen (en hij of zij voor jou) versterkt dit het verhaal van de relatie van jullie personages. Ik noem dit V.I.V.E.A vooral invullen voor een ander. Voorbeeld: twee spelers hebben als relatie gekregen: collega’s. Spelers in de bovenste kolom gebruiken NIVEA en de spelers in de onderste kolom gebruiken VIVEA. N.I.V.E.A. Harry: Ans is er iets? Ans: ja we moeten de deadline halen Harry Harry: Je lijkt afwezig.. Ans: Ow sorry Harry: is er iets? Ans: nee hoor? Harry: zeker weten? Ans: ja gewoon de deadline.. Harry: ok, heb je hulp nodig? V.I.V.E.A. Harry: Ans je lijkt afwezig. Telkens als je met mij moet werken begin je te stotteren en wordt je rood. Ans: Ow ehh ja eh ik ... …ik vind je knap ik, ik vind je kaaklijnen mooi, je stem hees en sexy en je ogen stralend en ik droom over je.. Wellicht is het een kwestie van smaak en is het heel anders in het echt dan lezend in mijn column. In een column “zie” je natuurlijk geen eventueel prachtig non-verbaal spel die de theatrale spanning verhoogt, maar de spelers in de tweede kolom hebben slechts twee zinnen nodig om een scene vol theatrale spanning neer te zetten. De spelers in de eerste kolom hebben ons na negen zinnen alleen iets verteld over een deadline en de afwezige houding van Ans. Dus; vul in voor een ander, plak eigenschappen op een ander, benoem je geschiedenis met elkaar en benoem hoe jij denkt dat de ander zich voelt. Dit werkt omdat de andere speler dit, in tegenstelling tot in het echte leven, zal accepteren als waarheid over zichzelf. Voor gevorderde spelers en trainers, gebruik VIVEA in plaats van endowment of toekennen, plakken, ‘speel je medespeler de hemel in’ etc. Het is Nederlandser, het is eenvoudiger en het zegt wat het bedoelt. Hoe breng je inhoud in je scènes? Over inhoud in de lengte versus in de breedte “Als theatermaker of acteur ben je op de eerste plaats bezig met het overbrengen van een verhaal, dat is altijd mijn uitgangspunt”. Zo begon de master class van een bij Tryater verbonden actrice en theatermaakster. En daar ben ik het ook nog steeds erg mee eens. Zelfs als je een abstracte beleving over wilt brengen moet dat gedekt worden door een verhaal of premisse* (*grondig doorgedacht basis idee van je voorstelling). Als docent of speler in improvisatie stel ik mezelf ook altijd de vraag ’wat is het verhaal dat ik hier aan het vertellen ben’? Van Sonja Hoedeman leerde ik dat je een verhaal kan vertellen in de breedte of in de lengte. Dit begrip maakt dat ik als maker docent of speler bewust aandacht kan geven aan een van deze elementen. Wanneer je aan beide elementen evenveel aandacht biedt krijg je de beste inhoud. Inhoud in de lengte, alles wat vanuit het hier en nu verhaal maakt in de toekomst. Stel je voor je staat op een meetlat. Waar je staat is het hier en nu. Met iedere stap die je vooruit zet in het verhaal geef je aandacht aan de lengte van het verhaal. Je speelt in de lengte wanneer je focus ligt op de reis die het personage doormaakt. Termen die het verhaal in de lengte verder helpen zijn bijvoorbeeld: en toen, en daardoor, totdat uiteindelijk en de volgende logische stap is.. . Wanneer je lengte wil maken in je verhaal zijn er twee tools die onmisbaar zijn: editing en verhaalstructuren. Editing in tijd en locatie zijn regie ingrepen die een het verhaal helpen in de lengte zoals: even later in herberg de blauwe berg of ondertussen in de keuken van mevrouw Harmsen. Verhaalstructuren zijn stappenplannen die je helpen een verhaal in de lengte beter te maken. Voorbeelden zijn de story spine van Ken Adams structuur, de reis van de held van Joseph Cambel of het aristotelisch drama. Inhoud in de breedte, alles wat informatie geeft over de waarom van het verhaal. Stel je voor je staat weer op die meetlat maar in plaats van een stap naar voren te zetten zet je een stap richting je publiek. In een terzijde vertel je ze waarom je de volgende stap wilt zetten. Je speelt in de breedte wanneer je focus ligt op het overbrengen van de beweegredenen (psychologie) van het personage. Je blijft meestal in het hier en nu of je terug gaat in de tijd. Wanneer je in de breedte wilt spelen heb je de volgende tools nodig: acteertechnieken en editing. De acteer technieken heb je nodig om het publiek op een geloofwaardige en congruente wijze te laten zien wat het personage doormaakt. De editingtechnieken in de breedte zetten het personage in situaties die zijn eigenschappen aan het licht brengen, iets vertellen over zijn verleden of het personage iets over zichzelf laten zeggen. Vb: Henk weigert stellig pindakaas te eten, wat de vraag op roept waarom dan. Een speler maakt een editing waarbij we Henk zien die onder dwang van zijn vader pindakaas moet eten. De eerst nog door het publiek als vreemd ervaren keus van Henk is ineens logisch en wekt sympathie op. Veel plezier hiermee en bedenk je bij je volgende geïmproviseerde scène: ”zijn lengte en breedte goed in balans”? De Wolwêze doctrine
Een stukje over een spontaan ontstane wijze van improvisatieles geven in combinatie met een directe vuurdoop voor publiek. Deel 1 Wolwêze een introductieLeeuwarden ergens tussen 2003 en 2004 “Hé Fulco, jij doet toch aan theatersport? Bij Wolwêze doen ze dat ook hoorde ik van een kameraad van me, waarom ga je daar niet een keer kijken?”. Mijn huisgenoot vroeg dit voor de zoveelste keer en ik besloot een kijkje te gaan nemen. Ik zat tussen theatersportgroepen in (?) en had wel behoefte om weer eens te spelen. Theatersport werd niet gegeven op de opleiding (er werd zelfs wat op neer gekeken). Ik liep al eerder met het idee rond maar de locatie, de reputatie en het gegeven van een besloten club gaf me toch een associatie van een parenclub of weed rokend. Daarbij een studentenvereniging…? Maar allee, zoveel vrienden had ik niet in Leeuwarden, dus mijn nieuwsgierigheid won het van mijn angst. Terwijl ik op mijn fiets stapte, begonnen de vooroordelen zich op te stapelen. Het was al donker en in het typische Leeuwarder weer van regen en wind begaf ik mij naar het pand aan de Noordzuidvliet 7a9. Ik kwam binnen in de garderobe en er werd me uitgelegd dat ik alleen naar binnen kon als ik lid was of introducé. O zie je wel, hoorde ik mezelf denken en ik wilde al weg gaan. Er werd de kroeg in geroepen of ik binnen mocht en de jongen achter de bar riep “ja hoor zet maar op mijn naam.” Ik moest mijn naam in een gastenboek zetten en mocht door. Ik kwam in een bar terecht die zich het best laat omschrijven als ‘bruin café’, maar dan zonder ouwe zakken en met vooral jonge mensen die niet veel tijd aan hun kleding besteden. Veel bandjes T-shirts en hier en daar een piercing. Net als ik dus. Er werd bier getapt, maar de meeste mensen dronken het uit een flesje. Ik snapte later waarom en dronk sindsdien ook alleen ‘bavjes’ (bavaria uit een flesje). Het tap bier was schraal en zuur (omdat het niet gedronken werd). Het was niet heel druk. In een ruimte rechts waren een paar mensen hun email aan het checken op de aanwezige opgeknapte pc’s en waren er nog twee aan het poolen. Er hingen een paar mensen aan de bar en achter in de kroeg bij een deur zat een duo dat me opviel. De een was duidelijk van hier, met zwarte gothic achtige jurk, Brabants accent, rood haar en een piercing. De ander had haar haar extreem strak naar achteren in een staart, een strakke spijkerbroek, bloesje en laarsjes met grote hoge hakken. ‘Sexy’ hoor ik mezelf denken. De man achter de bar een soort Viking met blond haar en een baardje wijst me door naar het meisje in de gothicjurk. Ik moest bij haar zijn, want zij was ‘de activiteiten-co’ of zoiets. Alles was hier in Co’s verdeeld wat betekende ‘coördinator’. Je had een ‘feest-co’ een ‘film-co’ en ik zou de ‘theater-co’ worden, maar dat wist ik toen nog niet. Mijn naam gaf dan ook grote hilariteit aangezien de ‘Vul-co’ ook een functie was. De dame in de zwarte jurk ronde haar gesprek af met de vrouw met de staart en nodigde me uit aan een tafeltje. “Dus je wilt wel theatersport doen?” Ik vertelde over dat ik de opleiding tot drama docent deed en behoefte had om lekker te spelen. “Zou je hier ook les willen geven?” Nou, ze overviel me wat, ik was hier voor het eerst. Toen werden we door een andere jongen in een T-shirt onderbroken. “De show gaat beginnen! Doen jullie mee?” werd aan mij en de vrouw met de strakke staart gevraagd. De vrouw met de strakke staart schuifelde wat weifelend naar binnen door de deur in een soort disco waar drie banken tegen elkaar geschoven werden. De show betekende een soort open les waarbij iemand de vijf theatersportgames die bekend waren voorlas en om spelers vroeg. Er werd uiteraard begonnen met een Cluedo. Leuk en bekend en ik sprong direct op. De vrouw met de staart reageerde een beetje als een snaar van een gitaar die wat te strak gespannen was, ze speelde wel mee maar het ging niet van harte. Na één game ging ze weg. Zonder het me toen al te realiseren had ik een soort sollicitatie assessment gewonnen en werd ik gevraagd om de show te begeleiden. En zo begon mijn avontuur in Wolwêze met het begeleiden van het wekelijkse open podium. De presentator bereidde een lijstje met games voor, las er een op en vroeg om spelers. Die kwamen met een biertje of joint in de hand op het podium staan en deden hun ding. Er was een grote mate van veiligheid en iedereen mocht er zijn. Ook voor mijzelf voelde dit erg fijn, het was mijn thuis buiten huis tijdens mijn studententijd. En nog steeds heb ik naar Wolwezens een stukje onvoorwaardelijkheid en trouw. Deel 2 Wolwêze goed voorbeeld doet… Leeuwarden tussen 2005 en 2006 Nu was ik ‘theaterco’, ik had inmiddels al wat open podia begeleid en was gestart met lessen. Deze hadden een vrije inloop, al werd er wel langzaam wat meer discipline verwacht zodat we op tijd konden beginnen en langzaam een vaste groep konden opbouwen. De maand september was van oudsher een week met veel activiteiten en een open deur beleid bij Wolwêze. Nieuwe studenten konden proeven aan het ‘verenigingsleven’ en Wolwêze kon zich promoten. Iedere week kreeg hierbij een thema. Nu kreeg ik de vraag of ik voor de opening van het nieuwe studiejaar ook een week wilde organiseren. De theaterweek. Ik maakte samen met mijn team en de ‘film co’ (de coördinator van films) een line up van: een verassingsvoorstelling, een theatrale film (Dogville), een open podium, een theatersportwedstrijd van Pulp tegen Pro Deo, een eenakter uit het eenakterfestival van de NHL, ‘de Arrogantjes live show’ en een Moordspel (waarbij mensen uit het publiek detectives waren die de personages moesten verhoren). Het was een groot succes met een afgeladen dixo (Wolweze slang voor de disco ruimte). In een week tijd hadden de leden van Wolwêze (Wolwezens genoemd) verschillende vormen van theater gezien, te weten: een theatersportwedstrijd, een eenakter, een film met duidelijke absurdistische theatrale keuzes, een toegepaste vorm van theater (moordspel) en een excellente uitvoering van improvisatietheater. In de maanden die volgden, zou Pulp (mijn theatersportgroep in die tijd) nog vaker spelen en zouden er soms ook Wolwezens met Pulp meespelen. In de lessen ontstond een hechtere groep met een zekere ervaring. Deze groep wilde op een gegeven moment een eigen groep beginnen. Dit werd team ‘huh’. Team ‘huh’ bestond uit alleen Wolwezens en organiseerde haar eigen wedstrijden. Hiervoor maakte we een draaiboek zodat ze zelfstandig konden werken. Team huh zou nog in de finale van de voorronde (regio Noord) van het NK theatersport staan met Muis (zo noemde ze zichzelf haar echte naam weet ik niet meer), Kevin (man met snor) , Bonne(ook) en Lucien (pianist). Deel 3: samenwerken en ”fuseren” 2006-2007 Ik gaf in die tijd ook les bij de Noordsterren en samen en zou hier later ook lid worden. Ik begon ook veel minder tot nauwelijks nog les te geven bij Wolwêze. Samen met Sander Veen, Jurgen Bakker en ook Ton Kemp versterkten we de uitwisseling tussen Wolwêze en de Noordsterren. Dit was nog niet makkelijk. De Noordsterren vonden Wolwêze vies en de Wolwezens de Noordsterren arrogant. Maar uiteindelijk resulteerde dit in de grootste auditie/selectie van de Noordsterren ooit. Ongeveer 40 man/vrouw in totaal. Je kunt je voorstellen dat zo’n migratie ook weer gevolgen heeft en team ‘huh’ kon deze braindrain dan ook niet aan en verwaterde langzaam. Ook de Noordsterren kregen te maken met een grote groep nieuwe spelers die in veel opzichten niet leken op de ‘traditionele’ leden, wat ook wat onrust gaf. Vier van deze nieuwe leden : Heidi, Ceciel, Bonne en Kevin zouden nog in de finale spelen van het NSK van 2008! De samenvatting: resultaten lessen en tips Resultaat. Veel spelers die ooit met regelmaat bij Wolwêze over de vloer kwamen zijn nu gerenommeerde spelers in het Nederlandse impro circuit. Waaronder Kevin van der Leer en Bonne Ziens, Sander Veen van man met snor, Luciën Greefkes de pianist, Ceciel Jenner van Rocky Amaretto en ikzelf van de jonge woudlopers. Ik vergeet er zeker nog een paar, dus voel je vrij deze lijst aan te vullen. Zelf heb ik er veel leren organiseren en mijn eerste trainingen in theatersport gegeven, man wat zagen die lesvoorbereidingen van toen er beroerd uit. Nog bedankt voor jullie geduld lieve Wolwezens. Ik noemde ze vaak Wollers maar werd daarop door Kevin gerectificeerd. Tips om zelf zoiets op te zetten: Er zijn een hoop dingen die je kan leren van wat hier bij Wolwêze ontstond, ik noem er hier vijf:
Lessen (leer van onze/mijn foutjes):
Zo geef je effectieve feedback Hoe gaat jouw improvisatie-groep om met het geven van feedback aan elkaar? En hoe begeleid je dit als docent? Dit vroeg ik me af nadat ik dit een aantal keer van afstand behoorlijk mis zag gaan. Daarom in deze blog: tips voor effectieve feedback. Wanneer een groep of vereniging niet af en toe stil staat bij het onderlinge proces en het geven van feedback kan dit grote gevolgen hebben. Er ontstaat een verziekte sfeer, een angstcultuur, mensen lopen weg of een groep knalt in zijn geheel uit elkaar. Eerst even een paar algemene tips over het geven van feedback onderling. Deze tips komen voort uit observaties van mijzelf, maar ook van andere improtrainers. Individuele feedback (tijdens de trainingen)
Feedback als groep (zowel tijdens voorstellingen als tijdens trainingen)
Feedback als docent (tijdens trainingen).
Nu we helder hebben wat werkt is het wel vermakelijk om even een aantal risicovolle casussen aan te halen. Waarschijnlijk zijn ze voor jou wel herkenbaar en kan je er al wat tips op toepassen. Bloksysteem als ontwijkmiddel Veel groepen werken met blokken. Een docent geeft vier lessen, brengt zijn specialisme over en is weer weg. Hierdoor kan hij niet het proces in de groep monitoren, kan geen patronen vaststellen in het spelproces en heeft niet de tijd en ruimte om deze duurzaam ter sprake brengen. Ik merk dat dit bloksysteem wel eens onbewust gebruikt wordt om de focus te leggen op het eind product (verhalende scenes, comedy, zangstructuren) en het maar niet over de onderlinge verhoudingen te hebben. Terwijl steeds als Japie opstaat het significant lang duurt voordat iemand zich opoffert om met hem een scene te spelen. Vendetta Telkens wanneer A iets zegt schiet B in een kramp en vice versa. Dit begint nog met vriendelijk wegkijken, maar loopt op naar: snuiven, gespannen bovenlip, “ja maar”, “mag ik even uitpraten” en eindigt in een uitbarsting met woorden als ”jij”, “altijd”, “ik “en “nooit” waarna er één weg loopt. Tomeloze ambitie met beperkte middelen Enkele groepsleden willen heel graag erkenning. In aanloop naar een groot toernooi zijn ze druk aan het analyseren wat voor scenes punten scoren bij de rechters en in welke poule ze terecht zijn gekomen. Er wordt driftig geappt in de groepsapp. Een aantal andere leden van de groep wordt steeds stiller en reageert steeds minder vaak. Hoe meer de eersten hun ambitie tonen, des te vaker zeggen de anderen trainingen af. Eigenlijk geloven ze niet dat de groep en vooral die ambitieuze spelers de kwaliteiten hebben om deze ambities ook waar te maken. Het wordt echter nooit openlijk besproken. Praten praten Praten Na iedere scene wordt er bij ons altijd lang geëvalueerd waarbij iedereen iets mag zeggen en er hele discussies ontstaan. Er wordt vaak benoemd wat iemand deed en wat hij beter had kunnen doen. Er wordt ook veelal iets herhaalt, maar ja: iedereen moet toch iets mogen zeggen…? Professor Zuurpruim Het is pauze en Dennis met zijn mondhoeken die permanent in standje ontevreden staan, komt zijn eigen angst en perfectionisme projecteren. Er komt een grote opsomming van zaken waar hij niet tevreden over is en waar beter op gelet moet worden. Tevens zegt hij waar mensen persoonlijk aan moeten werken in de tweede helft. Wij zuchten en knikken. Na de pauze gaat het nog slechter dan voor de pauze, deze spelers kijken veel naar de grond en zijn erg bezig zich alle “tips” uit de pauze te herinneren. Alleen Dennis speelt een stuk vrijer. Bob luistert nu in de pauze liever een muziekje en probeer Dennis te ontwijken. Commercieel belang Trudy heeft een bedrijfje in impro. Ze geeft impro workshops en speelt af en toe shows voor bedrijven en scholen. Met voorstellingen kan Trudy meestal niet, ze heeft het ook heel erg druk… Sanne denkt dat Trudy zich schaamt voor de andere spelers. Senioriteit Gea vindt dat ze altijd gelijk heeft, want ze doet het langst aan improvisatie van iedereen. Ze was zelfs bij de oprichting van de vereniging, niemand hoeft haar meer iets te vertellen. Daarentegen geeft ze vanuit haar zelfgebouwde ivoren toren wel graag advies aan anderen. Komt eens van deze situaties je net iets te bekend voor? Dan is het hoog tijd om het in je groep eens te hebben over het proces en feedback! |
Details
FulcoFulco is theaterdocent en impro speler Archives
Maart 2024
Categories |